Taakdelegatie: regel het goed! (Column Medisch Contact)

22 februari 2019

Dertig jaar geleden begon ik als bedrijfsarts bij de afdeling Bedrijfsgezondheidszorg van een GGD. We vormden een klein team: vier bedrijfsartsen, arboverpleegkundigen en ondersteuning. Samen adviseerden we over gezond werk en ziekteverzuim. Als een bedrijfsarts uitviel, nam een arboverpleegkundige het spreekuur over. Alles werd netjes in het papieren dossier bijgeschreven. En later werden onder de koffie de belangrijkste zaken teruggekoppeld. We kenden elkaar en elkaars (on)mogelijkheden. We hadden geen term voor die ‘tijdelijke-overdracht-van-taken-zonder-overdracht-van-eindverantwoordelijkheid’. Maar het liep soepel, misschien wel dankzij de koffie.

Ik ben deze vorm van tijdelijke taakoverdracht in wisselende vormen de jaren daarna blijven tegenkomen in ons werkveld. Nu noemen we dit taakdelegatie. Als fenomeen dus niet nieuw. Maar toch is dit onderwerp in relatie tot het werk van bedrijfsartsen momenteel weer een hot topic. Met nieuwe opvattingen en inzichten. Hoe zit dat?

Het werkveld arbeid en gezondheid is er niet eenvoudiger op geworden. Er zijn aanmerkelijk meer spelers op het vlak van gezondheid en werk, en er tellen andere belangen. Aan bedrijfsartsen zijn via wettelijke regelingen specifieke taken en verantwoordelijkheden toegewezen. En we werken – in loondienst of zelfstandig – met veel andere deskundigen samen. Daarbij komt dat er – ondanks een duidelijk toenemende instroom in het vak – nog altijd te weinig bedrijfsartsen zijn. Helaas zal ook uitstroom door pensionering nog toenemen. Het Nivel deed daarom in 2017 op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) een veldverkenning naar taakdelegatie en taakherschikking als één van de oplossingen voor het capaciteitsvraagstuk. Het leverde geen harde conclusies op, maar wel een duidelijke beschrijving van begrippen en voorwaarden. Met name was duidelijk dat taakherschikking om een wetswijziging vraagt. En dat er voor taakdelegatie volop mogelijkheden, maar ook voorwaarden zijn. Zo kan de eindverantwoordelijkheid niet worden overgedragen en moet de delegatie aan diverse juridische en professionele vereisten voldoen, zoals opdrachtverstrekking en toezicht.

Als je het doet, regel het dan goed!

Het Nivel-rapport noemt meerdere redenen waarom het delegeren van taken door bedrijfsartsen kansrijk zou zijn. Delegatie zou het werk van de bedrijfsarts leuker maken en daardoor de instroom in het vak kunnen vergroten. Bedrijfsartsen zouden bij delegatie van verzuimbegeleidingstaken meer bezig kunnen zijn met primaire preventie van werkgebonden gezondheidsproblemen. Het delegeren van minder complexe casussen zou meer ruimte laten voor inzet op expertise. Maar omdat geen van die geclaimde effecten vaststaat, was de belangrijkste aanbeveling om ervaring op te doen en te evalueren. En het vooral goed te organiseren!

April 2018 nam onze ledenvergadering een ‘Standpunt Taakdelegatie’ aan, waarin verder wordt uitgewerkt hoe we ons tot dit onderwerp verhouden. En zeer binnenkort komt SZW met een gloednieuwe Werkwijzer Taakdelegatie: een handreiking voor de bedrijfsarts die met taakdelegatie werkt of gaat werken. Daar zijn we blij mee.

De NVAB benadrukt dat de individuele bedrijfsarts zelf beslist of hij taken wil delegeren. Zolang niet duidelijk is wat de effecten van taakdelegatie zijn op de kwaliteit van geleverde zorg en de aantrekkelijkheid van ons vak, zijn we voor- noch tegenstander van taakdelegatie. Eén uitgangspunt stellen we voorop: als je het doet, regel het dan goed! En daar past een kop koffie nog steeds prima bij.

Gertjan Beens, voorzitter NVAB

Bron: www.medischcontact.nl